Hoi Suzette,
Hierbij een reisverhaal/recensie van onze belevenissen met Busiwagi.
Moet wel zeggen dat dit een geweldige vakantie was! Alles uitermate goed geregeld en wat een mooi land, vriendelijke mensen en lekker eten! We gaan zeker nog eens terug!

De belevenissen met Busiwagi, de 4-daagse 4×4 tour diep door de jungle van Suriname. Dit verslag is voor mensen die van avontuur houden en niet te snel in paniek raken 🙂

We (Martina en ik) vertrokken ’s ochtends uit Domburg met een ander stel en Glen, de gids/kok/monteur, elk in een eigen Suzuki Samurai die off-road waardig gemaakt is.

Het eerste deel gaat over de lokale wegen richting Zanderij. Aangezien de auto’s open zijn en behoorlijk lawaaiig, wordt er rustig gereden. Je zit gelukkig wel goed ingesnoerd in de kuipstoelen met 5-punts gordel.

Na Zanderij gaat de weg over in gravel, de zogenaamde bauxiet wegen. Hier begint ’t leukere werk en merk je dat de auto’s hier veel beter tot hun recht komen.

We rijden circa 4 uur tot het tijd wordt voor lunch, dan merk ik ook dat de remdruk steeds minder wordt. Even laten bekijken door Glen en hij spot al snel een lek bij de remtrommel rechtsachter en daardoor was alle remvloeistof weg.

Niemand in het dorpje waar we onze lunch hadden, heeft echter een fles remvloeistof liggen dus wat nu? Dan maar een ‘bush-fix’ uitgevoerd: water met zeepsop als alternatief gebruikt en na wat ontluchten had ik weer een beetje remdruk, hopelijk genoeg voor de rest van de trip.

Zo vertrekken we voor het vervolg, nog een aantal uren rijden tot waar we ons kampement gaan opslaan.

Alleen zover komt het niet.. Tegen half 5 stopt het andere stel de auto met de klacht dat er een raar geluid uit hun auto komt.

Helaas blijkt dit einde oefening te zijn voor de auto, de aandrijving is kapot (differentieel). We zullen hier kampement moeten maken.

Onderaan de brug van een riviertje (incl. piranha’s) maken we een afdak en laden we de meeste spullen uit. De schade is dermate groot dat ter plekke repareren niet mogelijk is dus er moet iets anders verzonnen worden. Onze gids besluit contact te zoeken met Domburg, alleen is er hier geen ontvangst. Hij gaat onderweg om een heel stuk terug ontvangst te hebben.

Wij maken het kampement verder in orde en wachten op z’n terugkeer. Als tegen 20.00h hij nog steeds niet terug is, gaan we zelf de zuurkool maken. Om 21.30 nog geen spoor van Glen dus we duiken onze hangmatten in en luisteren naar het geluid van de jungle. Uiteindelijk komt hij rond 23.30 terug, hij heeft de hulptroepen kunnen bereiken maar niet zonder slag of stoot. Ook hij had auto-pech, een lekke radiator slang die hij gerepareerd had met pleisters uit de EHBO-kist 🙂

De volgende ochtend om 6.00h worden we gewekt door het geluid van een auto. Het blijken de hulptroepen te zijn, ze hebben de hele nacht doorgereden om een andere auto af te leveren, knappe prestatie in het donker op die slechte wegen vol gaten.

Na het ontbijt kunnen we weer op pad. Mijn auto blijft stabiel alleen rookt die wel flink, later zou blijken dat het olie-verbruik wel erg hoog is. Zo komen we uiteindelijk aan vlak bij de Blanche Marie watervallen. Het is nu nog slechts een klein stukje (15km) dwars door de jungle over een smal pad vol met hobbels, diepe plassen en gaten.

De auto’s houden zich kranig als we verder doorzetten richting de watervallen. Tot we er bijna zijn. De andere auto loopt vast in een greppel en de bestuurder probeert met (te)veel geweld de auto hier weer uit te krijgen. Dat was teveel voor ’t oude beestje en hij staat vast.

Glen was ondertussen al teruggekeerd om te zien wat er loos was en al snel ontdekken we dat er iets mis is met de ophanging. De ophanging van het veerblad is afgebroken.

Vooruit rijden is nu onmogelijk maar omdat we er echt bijna zijn (nog iets van 200m) wordt het laatste stuk in z’n achteruit afgelegd. Eens kijken hoe dit te fixen is.

Wij nemen ondertussen een duik bij de watervallen, even alle stof van ons afspoelen, wat wordt je hier smerig van zeg!

Later in de middag bedenk ik samen met Glen een oplossing voor de kapotte vering. Omdat ze hier geen lasapparaat hebben, moet het iets anders worden. Een blok hout en kettingzaag doet wonderen, samen met wat grote verroeste spijkers en touw maken we een provisorische fix.

De Blanche Marie watervallen zijn erg fraai hoewel het nu wel droge tijd is. We hebben de keus om te slapen in een huisje met echte bedden maar kiezen voor de hangmat, die heeft tenslotte een ingebouwde klamboe 🙂

’s Avonds wordt de BBQ opgestookt en met wat Borgoe rum wordt de dag afgesloten.

De volgende morgen na het ontbijt gaan we weer op pad, heel voorzichtig aan nu, het houtblok moet wel blijven zitten tenslotte.

Onze fix blijkt te werken, ongeschonden halen we de bauxiet weg en zo gaan we weer op pad. Ditmaal mag ik op kop rijden, dat scheelt enorm qua stof en je kan nu tenminste goed de gaten en kuilen in de weg zien.

We rijden weer een flink aantal uren tot ons volgende camp. Hier is ook een klein riviertje, deze is gelukkig zonder piranha’s en kunnen we het ergste stof weer van ons afspoelen.

 

De auto’s hebben zich goed gehouden, geen problemen meer vandaag.

Nog 1 nachtje in de jungle en dan weer de bewoonde wereld.

Midden in de nacht worden we gewekt door een vrachtwagen die stopt vlakbij ons kamp, de muziek keihard aan en het duurt even voordat die weer doorrijdt, zeker een sanitaire noodstop moeten maken…

De volgende dag rijden we op ’t gemak weer terug richting Domburg, eenmaal aangekomen bij Busiwagi worden we opgewacht met een lekker koud Parbo-biertje en bitterballen. Dat smaakt toch wel weer heel lekker!

Heel veel dank aan de mannen van Busiwagi (Glen en Michel) die dit mogelijk hebben gemaakt en voor al hun hulp.

Het was een waar avontuur, had ’t voor geen goud willen missen!

Peter