Tijdens deze drie uur durende ontspannende ochtendtrip kunt u genieten van rondspringende dolfijnen en een kijkje nemen op het enige echte strand van Suriname. We vertrekken vroeg in de ochtend vanaf Leonsberg, gelegen aan de Suriname rivier. We zullen richting de monding varen. Daar komen de dolfijnen vanaf de oceaan de rivier opzwemmen. Dolfijnen zijn nieuwsgierige wezens en genieten van de aandacht die ze krijgen. De aanmoedigingen vanaf de boot zullen er vaak voor zorgen dat ze spectaculaire sprongen maken.
Na de dolfijnen goed te hebben gezien brengen we een kort bezoek aan het strand van Braamspunt of een strand gelegen aan de Atlantische oceaan voor een wandeling over het strand of een frisse duik in de Atlantische oceaan.
Praktische informatie
Vertrekdagen | Dinsdag en zaterdag |
Aantal dagen | Halve dag (3 uur) |
Minimaal aantal personen | 6 |
Prijs v.a. | €29,00 |
Vervoer | Per tentboot |
Verzorging | Non-alcoholische consumpties (soft, water, sap), hartige snacks en fruit. |
Programma | Onder begeleiding van een Nederlandssprekende gids. |
Lees wat onze klanten ervan vonden:
Spontaan dolfijnen tegenkomen als je met je fiets een tentbootje neemt is verrassend mooi!
1-jul-2013
Mede dankzij de goede organisatie van Suriname Holidays, die voor ons de mooiste bezienswaardigheden en oorden perfect aan elkaar verbond in één schitterende rondreis, hebben we veel moois van Suriname kunnen bewonderen.
We begonnen in Paramaribo (Eco Resort Inn was een perfecte locatie voor de tussendoor overnachtingen) waar we op eigen houtje lopend en met de fiets de stad verkenden. Daarna ging de reis van Galibi en Frans Guyana aan de ene kant van het land, tot Groningen, Wageningen, Nieuw Nickerie en de Zeedijk o.l.v. de in Suriname woonachtige boeiende vertellende gids Cor aan de andere kant…. Via Paramaribo gingen we vervolgens met een klein vliegtuigje de binnenlanden in; van het bijzondere Palumeu bij de Trio- en Wayana-indianen tot het andere uiterste: tussen de marrons (bosnegers) in Awarradam… Beide oorden met als gids Rodney, die enorm veel van de culturen en ook natuur in het oerwoud weet.
Tijdens onze rondreis hebben we vooral ook veel mooie dieren en vogels gezien; spontaan dolfijnen tegenkomen als je met je fiets eden tentbootje neemt van Leonsberg naar Nieuw Amsterdam is verrassend mooi! De Leatherback schildpadden die eieren legden en de jonge leatherbacks die uit hun ei komen aan de kust van Frans Gyana is een onvergetelijke ervaring. Het natuurgebied Bigi Pan is qua natuur, vogels (arendbuizerd, rode ibis, uilen, diverse reigersoorten en wat niet meer) en kaaimannen heel bijzonder en een must voor vogelliefhebbers!
Dames (inclusief Cathrin in Paramaribo); bedankt voor de organisatie en boekingen!
Hendrik & Alien
Als God in … Suriname
8-aug-2012
Vier weken Suriname. Aan de andere kant van de wereld. Een zelfbewust land met trotse mensen. Een land met potentie.
Goud, olie, bauxiet, toerisme. Een land waar de Nederlandse taal nog steeds een belangrijke rol speelt. Maar Suriname is vooral schitterende natuur. De ongereptheid van de jungle laat je als mens heel nietig voelen. Maar je voelt je herboren als je terugkomt in de wereld van mensenhanden. Leeg en schoon.
Hoogtepunt van de vier tropische weken was de verre reis naar het binnenland. We vertrokken vanaf het kleine vliegveld Zorg en Hoop in Paramaribo. Een waanzinnige chaos van krioelende mensen, vaak met een vogelkooi in hun handen (met en zonder vogel), Braziliaanse hoeren voor de goudzoekers (‘s nachts moet de gouddelver toch wat), bromfietsen (het is mij nog steeds onduidelijk hoe die vervoermiddelen in die kleine vliegtuigen kunnen) en miljoenen eieren en wc-rollen. Samen met de bagage moesten we op de weegschaal van de luchtvaartmaatschappij staan. 1400 kilo kan dat tweemotorig vliegtuigje voor twaalf mensen vervoeren. Geen gram meer, anders stort het ter aarde.
Hobbelend stegen we uiteindelijk toch op en nog meer stuiterend landden we een uur later op het grasveld bij Drietabbetje. Daar stapten we over in een korjaal en voeren we vervolgens vijf dagen over de Tapahonyrivier 180 km zuidwaarts. Onze medepassagiers waren een loods die ons tussen de rotsen in het water manoeuvreerde, de bootsman, de fantastische 68-jarige gids Meneer Izaak, twee ontstellend saaie Zwitsers en een leuk gezin met een aardige jongen van 22. ‘s Nachts sliepen we in het midden van niets (twee nachten) en het Indianendorp Apetina (ook 2 nachten) in een hangmat met klamboe onder een rieten dak dan wel plastic zeil in de open lucht. Heel bijzonder. Het plastic zeil en het riet beschermde ons prima tegen de nachtelijke regenbuien. Dromerig heb ik liggen luisteren naar het getik vlak boven me. Niet slapen, en toch uitrusten, de hangmat is wonderlijk. De muggen, tarantula’s, piranha’s en vogelspinnen (wat een enge beesten, zeg) hebben we aardig getrotseerd. De vleermuizen waren dapperder. Een durfde er ‘s nachts zelfs in de klamboe van mijn vrouw te fladderen. Gegil, paniek. Maar ik speelde mijn heldenrol met verve, uiteraard.
De vaartocht was trouwens niet mals: bij zes stroomversnellingen moest alle bagage uit de boot en dienden we samen met de bootsman, Meneer Izaak, de loods en enkele tehulpschietende Indianen de boot over de stroomversnellingen te duwen, stroomopwaarts, dat ook nog. En daarna moest de bagage tientallen meters versleept worden. Een hels karwei, maar het voelde verschrikkelijk goed, zo midden in de jungle. De Indianen vonden me trouwens een sterke man, vertelde Meneer Izaak. Wel, daar kan ik mee thuiskomen.
Het einddoel was Palumeu, 275 km zuidwaarts van Paramaribo. Meneer Izaak en de Kapitein van Apetina droegen ons na vijf dagen varen en een boswandeling van anderhalve uur over aan gids Henk. In rap tempo voeren we in diens boot verder zuidwaarts. En wie stond daar ons op een gladde rots na te zwaaien? Tot we hem niet meer konden ontwaren? De Kapitein van Apetina! We zwaaiden net zolang tot de bocht van de rivier ons beeld verscheurde. En toen kwam Palumeu in zicht. Na alle ontberingen van de afgelopen dagen was dit dorp het paradijs. Een bed! Parbobier! Twee nachten sliepen we in een lodge met een schitterend uitzicht op de rivier. Het gezang van vogels werd alleen verstoord door de brulapen, wat een lawaai maken die beesten, zeg. We genoten. Maar we misten Meneer Izaak en de Kapitein van Apetina. Wat een geweldige, lieve, sterke mannen. Twee vaders die ons koste wat kost veilig thuis wilden brengen.
Een ander hoogtepunt was de reis naar Galibi, een indianendorp in het uiterste noordoosten van Suriname, aan de monding van de Marowijnerivier. Onze lodge bevond zich op vijf meter van een palmboom en het klotsende water van de Marowijne. Starend naar de groene muur van Frans Guyana aan de overkant van de rivier, voelde ik me als God in … Suriname. De dierentuin in het dorp was alleraardigst. Dieren die losliepen, geen stressgedrag vertoonden en geen enkele angst voor de mensen hadden. Vooral de luiaard was vertederend. Kleine ogen die je smekend aankeken, vier armen die zich om je lichaam klampten. Je zou hem zo mee naar huis willen nemen. Maar voor de dierentuin kwamen we niet. De zeeschildpadden! Daar was het ons om te doen. En die hebben we gezien, en hoe! Om drie uur ‘s nachts voeren we zwijgend een half uur onder het schitterende licht van de volle maan in de richting van een klein strand in Frans Guyana. En daar was het lot ons meer dan gunstig gezind. Het was een enorme leerschildpad van meer dan een meter die ons stil fluisterend wachten beloonde. Hij sleepte zich ploeterend uit zee, groef een diep gat en poepte er zo’n tachtig eieren in. Het beest was geheel in trance. Zijn ogen glommen, alsof hij huilde. Ontroerend, ademloos keek ik toe. We konden alles op minder dan een halve meter aanschouwen. Daarna vulde de schildpad het gat weer en maakte hij een ingewikkeld dwaalspoor voor zijn natuurlijke vijanden. Op de terugtocht naar het water hijgde hij van inspanning. Wat een mooi cadeau heeft het dier ons gegeven. En op de terugweg naar de boot vonden we in een diepe kuil drie spartelende jonkies. We hebben ze eruit gevist en op het strand gezet. Meteen zetten ze koers naar het zeewater. Hun instinct laat ze nooit in de steek, bijna nooit. Zonder ons waren ze roemloos gestorven in die kuil. We voelden ons ware redders van het leven.
De boottocht in Bigi Pan nabij Nickerie was ook prachtig. De trip was aangekondigd als een vogeltocht. Vogels hebben we inderdaad genoeg gezien, de een nog mooier dan de ander. Maar kaaimannen spotten was eigenlijk veel leuker, die beesten zie je immers niet elke dag. De gids kon deze wending wel waarderen. Hij verlegde zijn aandacht van de vogels naar de dieren in het water. Met succes. We hebben de kaaimannen veelvuldig gezien, de gids probeerde ze zelfs met blote handen te vangen. Ook al noemden de Indianen me sterk, die uitdaging wilde ik niet aangaan.
Wat betreft dieren hadden we überhaupt de goden aan onze zijde. Op de Commewijne zwommen de dolfijnen vrolijk hun rondjes om onze boot, en tijdens een fietstocht langs de plantages in district Commewijne dansten de doodskopapen in de bomen van natuurpark Bogipassie nabij plantage Peperpot. Een paar dagen later volgden de brulapen hun voorbeeld in de bomen van Brownsberg. Ik had verwacht enorme monsters van apen te zien, maar wat een schriele beesten zijn het toch, verbazingwekkend. Grote bekken in een klein lijf. Overcompensatie waarschijnlijk, je moet toch wat om je in de wildernis staande te houden. Het lijken wat dat betreft wel mensen. Lang konden we ze niet in de gaten houden, op de grond meldden zich de slangen, wat kribbig, zich tekortgedaan voelend. De hoenderslang meende zelfs de bus tot stoppen te moeten dwingen. Wat dat betreft waren de zeer giftige bushmaster en de volgevreten, suffende anaconda bescheidener. Zij lieten ons zonder slag of stoot verder lopen. En zo zagen we de Leoval en Ireneval, de perfecte douche na al dat zware geklauter. Een beloning voor de inspanning.
Berg en Dal was een prachtige afsluiting. Een schitterend resort, midden in het oerwoud. Loom konden we een wonderschone vakantie beëindigen.
Marcel de Jong
juli ’12